woensdag 22 september 2010

Reisverslag Peru: kuststreek noorden


Welkom in Peru. Een land dat intrigeert vanwege wonderbaarlijke archeologische vondsten en inheemse mystiek. Landschappen variëren van een woestijnachtige kuststrook tot de hoge toppen van het Andes gebergte en de uitgestrekte regenwouden (Amazone gebied). In de eerste week hebben we de kuststrook verkend in het noorden en het zuiden. In de tweede week hebben we op grote hoogte gezeten in het Andes gebergte tussen de lama’s en de alpaca’s, met op de achtergrond de panfluitgeluiden.
Deze rondreis heb ik gedaan met Best Tours. We waren in totaal met 9 mensen voor deze rondreis. Deze kleine groep zorgde voor een fantastische groepsdynamiek tijdens de reis.
Trek alvast je 100% echte alpaca trui en muts maar aan om je te verwarmen aan mijn reisverslag over Peru met wilde indianen verhalen.

We zijn s’avonds aangekomen in Lima. Alvorens het luchthaven gebouw te verlaten, moet je nog op een knop drukken. Pech, er verschijnt een rode kleur bij mij. Ga terug naar start. Nog eens passeren via de douane, die een controle van de bagage doen. Bij het verschijnen van een groene kleur mag je direct naar buiten. Aan de uitgang staan de vele taxichauffeurs je al te roepen voor een lift. Hier maken we kennis met onze reisleider Sebastien.

Het eerste was opviel was de aanwezigheid van de Peruaanse vlag op bijna elk gebouw en op verschillende wagens. We waren dicht bij de nationale feestdag op 28 juli, waarop men de onafhankelijkheid van Peru viert. Je krijgt hier zelfs een boete als er geen vlag te zien is op je huis tijdens de nationale feestdag.

Verder merk je het chaotische verkeer op met duizenden oude bussen en vrachtwagens met hun pikzwarte rookpluimen. Een grote drukte en bestuurders die claxonneren op de weg.

We hebben overnacht in de wijk Miraflores te Lima. De volgende morgen hebben we de vlucht genomen naar Trujillo in het noorden van Peru.

De landschappen langs de Peruaanse noordkust worden bepaald door de koude golfstroom in de zee. Hierdoor is er geen verdamping mogelijk en dus regent het hier niet. Dit heeft er toe geleid dat hier een woeste afgelegen streek is ontstaan.

Je kan in deze streek bouwvallige huizen zien, met soms een onafgewerkte bovenverdieping. Een stoffige grauwheid van de huizen is hier zichtbaar. De waslijnen zijn zichtbaar op het dak. Op de wit geschilderde muren van de huizen zet men veel politieke propaganda. Langs de wegen zie je ook veel afval liggen.

Op een bepaalde plaats kon je irrigatiekanalen zien. Dit systeem bestaat al meer dan 500 jaar om aan landbouw te doen. In deze streek gaat men vooral asperges, artisjok of maïs planten. Regelmatig kom je rietplantages tegen voor het maken van suiker en rum.

Rond de stad Trujillo bevinden zich grote archeologische vindplaatsen van culturen van voor de Inca’s, nl de Moche- en de Chimúcultuur. De Mochecultuur beleefde haar hoogtepunt in dit gebied tussen de 1ste en de 7de eeuw na Christus en werd gevolgd door de Chimúcultuur die bloeide van de 8ste tot de 14de eeuw.

We zijn toegekomen op de plaats waar zich de tempel van de zon en de tempel van de maan zich bevonden. De tempel van de zon (Huaca del Sol) kan niet bezichtigd worden. Ze bestaat uit ca. 50 miljoen lemen bakstenen.
De opgravingen zijn nog steeds in volle gang en er worden voortdurend nieuwe ontdekkingen gedaan. Alé, we zullen nog eens moeten terugkomen naar Peru.

Er liep zelfs in deze omgeving een wild paard rond. Ik zag dat men bezig was met het verven van een muur aan de ingang. Blijkbaar is er vooruitgang bij het onderhoud van de gebouwen, want vroeger gebruikten ze een T-shirt ipv een verfkwast om de muren te verven.

Nabij de tempel van de zon en de tempel van de maan was er een berg. Dit noemden ze vroeger de “levensberg”, omdat er water naar beneden stroomde. Dit is een heilige plaats.

Ook hadden we bij ons een spraakwaterval, nl de reisleider die met vol enthousiasme de geschiedenis, de cultuur, het leven in Peru uit de doeken deed. Het was alsof we werden klaargestoomd om deel te nemen op het einde van de reis aan een groot examen over de geschiedenis van Peru.

Van de Moches is bekend dat zij offers brachten van mensen uit hun eigen volk. Dat gebeurde door middel van een spel, waarbij de spelers elkaar met stokken tegen het hoofd moesten slaan. Op hun hoofd droegen zij knoppen die geraakt moesten worden. De verliezers werden uitgekleed, ritueel gewassen, aan een touw meegetrokken en later gedood. Ze werden maar na 3 à 4 weken geofferd. Ze dachten dat men iets van de natuur kreeg en dat men iets moest teruggeven (door offers) om blijvende vruchtbare gronden te hebben. Aanwijzingen hiervoor geven tekeningen op keramische voorwerpen van de Moches. Bovendien is er vlak rond de tempel een grote hoeveelheid skeletten gevonden van mannen tussen 18 en 40 jaar die op gewelddadige wijze om het leven zijn gebracht.

De tempel bestaat uit vijf verschillende tempels die in opeenvolgende perioden over elkaar heen zijn gebouwd. Elke tempel beschikte over een eigen gevelpatroon. De vaste kleuren waren rood, wit en zwart. De kleurige halfreliëfs van leem getuigen van artistieke vaardigheden lang voor het tijdperk van de Inca’s. Aan één zijde kan je de volledige façade zien met de vijf lagen.

Uit bepaalde reliëfs kan je figuren zien die de dualiteit in het leven benadrukken. Zo zien we een pelikaan en een uil. De één leeft op het water, de ander op het land. De één leeft tijdens de dag en de ander tijdens de nacht. Men kan het vergelijken met yin en yang.

Aardig om zien is dat de stenen waarmee de tempels werden opgebouwd, bepaalde inkervingen vertonen. Verondersteld wordt dat families deze stenen bij wijze van belasting aan de machthebbers moesten schenken en dat zij op elke geschonken steen hun eigen symbool aanbrachten. (een soort handtekening)

De tempel kreeg bij de bouw een stevige basis, tegen mogelijke aardbevingen. Je kan verticale lijnen opmerken in de bouwstenen.

Deze streek is hier wel degelijk een paradijs voor archeologen. Vervolgens hebben we nog in de nabijheid een museum gaan bezoeken over de Moches. Het verdwijnen van de Moche beschaving is waarschijnlijk te wijten aan het “El Nino” fenomeen (overvloedige regen) die zich in die periode heftig moet hebben voorgedaan.

Nadien rijden we naar de oude ruïnestad Chan Chan. Dit betekent “zon zon”, maar de belangrijkste godheid voor de Chimú’s was de maan, aangezien die zowel overdag als ’s nachts kon worden waargenomen. Chan Chan was de hoofdstad van het Chimúrijk en op het hoogtepunt zouden er ongeveer 100000 mensen gewoond hebben. Het omvatte oorspronkelijk negen paleizen, maar die zijn niet allemaal meer te onderscheiden. Het enige paleis, dat we hebben bezocht is het Tschudi complex. (genoemd naar een Zwitserse archeoloog Johann von Tschudi) Het is het enige gerestaureerde paleis, waarvan de renovatie ongeveer drie jaar duurde. Je merkt hier bijna 10 meter hoge muren op met een dikte van ongeveer 5 meter.
Voor mij leek het meer op een reuze zandkasteel. De muren van de stad zijn opgebouwd uit klei (adobe), maar ze rusten voor een deel op lage stenen muurtjes. Bovendien is de adobe zichtbaar vermengd met schelpen. Ook kan je hier reliëfs in de muren zien van aan de zee gerelateerde symbolen. Hieruit blijkt de verbondenheid van de Chimú’s met de zee.

Het paleis bestaat uit meerdere delen. Je komt binnen op een groot ceremonieel plein (hoofdplein), omgeven door muren met reliëfs van zeeotters, alle met de kop gericht naar het ceremoniële centrum. Via een gang, waarvan de muren gedecoreerd zijn met vissen en vogels, loop je naar een zaal, waar een klein altaar staat en waarvan de muren reliëfs vertonen van visnetten. Vondsten hebben uitgewezen dat hier begrafenissen en offerandes plaatsvonden.
Hierna komen we terecht in een ruimte met “ruitraster-muren”. Men kan hier de muren in een U-vorm zien. Onderaan de muren kan je reliëfs zien van pelikanen. Deze ruimtes dienden als gebedshallen of als audiëntiezalen. Ik zag hier ook de archeologen aan het werk met het nemen van afmetingen en het maken van gedetailleerde tekeningen.
Hierachter ligt er nog een tweede ceremonieel plein. Vermoedelijk werden er hier ceremoniën gehouden die exclusief voor de adel bedoeld waren. Achter het plein ligt er een groot rechthoekig reservoir met water. Het riet groeide hier ook op deze plaats. In de tijd van de Chimú’s diende het voor de consumptie van de bewoners. Verder is er nog een platform met 42 tomben, waar de belangrijkste edelen begraven werden en zijn er ruimten die als opslagplaatsen voor voedsel en ambachtelijke producten dienden. Tot slot is er een zaal met nissen waarin vermoedelijk heiligenbeelden opgesteld stonden.

De mummies werden soms uit de graven genomen en meegenomen op reis. Ze vonden dat hij nog niet dood was. De dood is voor hun maar een overgangsfase van het ene leven naar het andere. Men kwam de doden aan het graf eten geven.

Van alle kustculturen was de watervoorziening van de Chimú’s het meest indrukwekkend met ruim 100 km lange kanalen, kunstmatige irrigatie en de aanleg van beddingen om verdamping tegen te gaan. Men ging het water afkomstig van de bergen opvangen in kanalen of men ging de grondlaag afdoen zodat men grondwater had.

Het “El Nino” fenomeen van overvloedige regen, ongeveer om de 15 jaar, zorgt er voor dat het plakkende zand weggaat.

Zoals je merkt, gaan ze in de Mochecultuur meer in de hoogte gaan bijbouwen. Bij de Chimú’s gaan ze meer bijbouwen in de vlakte. Ze bouwen paleizen naast elkaar.

We vertrekken nu naar de visserstad Huanchaco, een sympathiek badplaatsje met een boulevard waaraan verschillende hotelletjes en restaurants liggen. Onderweg moet de bus regelmatig afremmen voor verschillende verkeersdrempels.

Aangezien we hier bij de kust zijn, moet je hier de visgerechten en zeevruchten proeven. Overal in Peru is het eten steeds goed meegevallen. Enkel een drankje op basis van “vissap” is hier tegengevallen. Het eten in Peru is enorm gevarieerd en omvat veel soorten vlees, vis, groenten, vruchten en verschillende soorten aardappelen en knolgewassen. De lunch bestaat meestal uit een goedkoop dagmenu van drie gangen. Ook op straat bieden verkopers allerlei gerechten aan, zoals oa maïsbroodjes of pasteitjes gevuld met vlees of groenten.

We beginnen als aperitief met de nationale drank “Pisco Sour”. Neem 1 wijnglaasje pisco, citroensap (of sap van limoenen), 1 schepje suiker, 1 schepje eiwit en ijsblokjes. Dit alles goed met elkaar mixen zodat het gaat schuimen. Heerlijk, je bent direct verkocht.
Ook de bijhorende nootjes waren lekker en eens geproefd kon je er niet meer afblijven.
We kregen hier “cebiche” op ons bord, een gerecht met rauwe vis. Dit is een van de bekendste gerechten aan de Peruaanse kust. Het bestaat uit witte vis gemarineerd in citroensap, hete pepers en uien. Je eet de vis met zoete aardappelen, yuca en eventueel met maïs en zeewier, soms zelfs met schaaldieren.
Wat vlees betreft is cavia een van de grootste delicatessen. Verder eet de bevolking voornamelijk rundvlees, kip en soms ook schapenvlees.
Naast aardappelen, die in vele soorten voorkomen, dient ook rijst als basis voor gerechten. Avocado wordt dikwijls in salades verwerkt. Verder worden er vruchten geconsumeerd zoals mango’s en maracuya’s.
Probeer ook eens de Creoolse soep te proeven en je wil direct het recept hebben.
Ziezo, nog een Cristal of Cusquena bier bestellen bij het eten. Dos cervecas por favor. We gaan de Peruanen zeker niet moeten leren bier drinken. Ze zuipen hier bier tot ze erbij neervallen. Zeker nu de nationale feestdag naderd.
Een andere drank die al stamt uit de tijd voor de komst van de Spanjaarden en nog steeds veel wordt gedronken is “chicha”, gemaakt van gegiste maïs. We kwamen hier ook veel geel groen gekleurde frisdranken tegen, nl “Inca cola”. Er wordt langs de wegen veel reclame over “Inca cola” gemaakt. Deze drank proefde naar kauwgom. Zeker niet om bij een grote dorst er liters van te drinken. Het zal bij eens proeven blijven.
Vraag ook geen koffie met melk. Dan geven ze een tas met veel melk en een beetje koffie.
De koeien gebruiken ze hier meer voor hun vlees dan voor de melk.

Nadat ons buikje vol zal met “Cebiche”, hebben we een strandwandeling gemaakt. Je kan hier surfers zien met de surfplank onder de arm. Vissers gaan hier op zee met hun “caballitos de totora”, kleine bootjes gevlochten van totora riet. De visserboten van riet staan hier rechtop te drogen op het strand. Verder kregen we nog een demonstratie van een Peruaan hoe ze deze bootjes vervaardigen. Hij maakte een mini rieten bootversie, die je als souvenir kon kopen.

We komen aan in het stadscentrum van Trujillo, de hoofdstad van het departement La Libertad, is met ongeveer 750000 inwoners de derde grootste stad van Peru. De architectuur in de binnenstad van Trujillo verwijst volop naar het koloniale verleden, wat onder meer tot uiting komt in de vele paleizen en grote herenhuizen. Bij verschillende gebouwen kan je tralies zien aan de ramen. Er is veel kleur hier in Trujillo. Deze stad heeft ook een omwalling en men heeft er rechte straten in getrokken. Het centrale plein is ruim en aantrekkelijk. Midden op het plein dat met glanzende tegels is bedekt, staat het monument “La Libertad” (de vrijheid). Vanop dit plein trekt de kathedraal de meeste aandacht. De gele kleur van de kathedraal contrasteert met het blauw van het gebouw ernaast. Momenteel waren ze de muren van de kathedraal aan opknappen en terug een geel verflaagje aan het geven. Bij verkenning binnen in de kerk was er een huwelijksplechtigheid aan de gang. Ons hotel Libertador bevond zich ook op dit centrale plein.

Tijdens de vrije tijd was het zwembad geen optie wegens te koude temperaturen. Dan maar verder het stadscentrum gaan verkennen. Op straat kom je veel vlaggenverkopers tegen. Je kan de Peruaanse vlag in alle maten kopen. Op de straat aan het centrale plein was men bezig een podium aan het bouwen ter voorbereiding van de festiviteiten voor de nationale feestdag.
Rond het standbeeld kon je verschillende foto’s zien van Peru. Verkopers, schoenpoetsers, bedelaars en artiesten kon je hier op het centrale plein tegenkomen.
Aan de kerken kan je een kraam vinden die kaarsen, heilige beelden, kransen of afbeeldingen van heiligen verkopen.
Er zijn winkels waar je binnen kan gaan om je schoenen te laten poetsen. Wel druk hier, want ze staan hun beurt al af te wachten. Deze business is hier wel populair.
Ik ben hier ook enkele goktenten tegen gekomen, waaronder het casino “Moulin Rouge”.
Nabij de markt liep er hier iemand rond met een kruiwagen, vol met vruchten om te verkopen. Een mobiele markt dus in het stadscentrum. Er is genoeg eten en drinken te vinden hier.

De meeste mensen op straat laten zich gemakkelijk fotograferen. Als men niet op de foto wou, was dit omdat er volgens mij een zekere schaamte, verlegenheid was. De mensen op straat komen vriendelijk over. De Peruanen zijn trots om U als toerist in hun land te hebben. Het stadscentrum van Trujillo is veilig om er in rond te lopen.

Bij een verkeerspunt stonden de auto’s voor het rood. Plots kwam er iemand een show geven van zijn kunnen. Terwijl hij op zijn fiets zat met één wiel, zwaaide hij met 3 messen in de lucht, zoals een circusartiest. Daarna ging hij geld gaan vragen aan de wachtende autobestuurders voor het rood. Dit zie je op verschillende plaatsen in Peru. Naast volwassenen kan je hier ook kinderen zien die voor je neus turnoefeningen doen, zoals het doen van een kopstand en salto’s maken op het kruispunt. Ofwel beginnen ze plots de ruiten van je auto te wassen om iets bij te verdienen. Ze beginnen al de vooruit van de auto’s volledig te kuisen zonder zelfs naar de autobestuurder te hebben gekeken. De autobestuurder van een grote wagen weigerde te betalen. Dan zijn de ruitenwassers kwaad geworden en beginnen ze te roepen en kwamen voor de wagen te staan totdat de autobestuurder hun geld gaf. Ruzie hier op straat!
Aan verschillende kruispunten kan je hier eigenlijk alle levensnoodzakelijke inkopen doen. Je kan hier kranten, eten, drinken of andere zaken kopen.

Ik kwam hier ook een vriendelijke Peruaan tegen op straat. Eerst begonnen we in het Engels, nadien begon hij enkele woorden Nederlands te spreken en kon hij enkele steden opnoemen uit België. Hij had een vriend die met een Belgische getrouwd was en was al in België geweest.
Als de Peruanen iets van Europa kennen, zal België er zeker bij horen. Volgens hem zijn we de nummer 1 wat betreft het brouwen van bieren en hier in Peru zuipen ze tot ze erbij neervallen. De doorsnee bevolking spreekt wel geen Engels, enkel Spaans.

Bij vertrek de volgende morgen naar Chiclayo, stonden militairen in uniform met een geweer of een vlag in de hand klaar voor een ceremonie of een parade in de stad. In Peru is er geen verplichte legerdienst meer. Nu hebben ze een beroepsleger.

Hoe verder je van het stadscentrum Trujillo bent, hoe onveiliger het wordt. In de buitenwijken zie je namelijk veel sloppenwijken. Men gaat hier een gebied innemen en hierdoor is het niet mogelijk om ze weg te jagen. In de wet staat dat deze verworven plaats na 5 jaar uw eigendom wordt. Ze houden zich gedurende die tijd koest en na 5 jaar beginnen ze “amok” te maken voor het verkrijgen van water en elektriciteitsvoorzieningen.

Je kan hier langs de weg muren zien die grote terreinen afbakenen. Achter deze muren zie je geen bebouwing. Men doet dit om te voorkomen dat de sloppenwijken zich verder uitbreiden.

Je ziet dat de huizen hier niet afgewerkt zijn. De wachtijzers zijn zichtbaar boven op het huis om een nieuwe verdieping te bouwen. Op de daken zie je golfplaten liggen, waarop men stenen legt. Hierdoor kan het dak niet wegvliegen bij stormweer. Op de daken kan je ook de TV antennes zien. In het noorden zie je weinig verandering over de jaren heen. Ze willen geen vooruitgang en verfraaien dus hun huizen niet. Ze denken hier: als iedereen arm is waarom zou ik rijk moeten zijn. In Lima daarentegen willen ze wel vooruitgang.

Na de sloppenwijken zie je dorre landschappen met zelfs rivieren die droog staan. Af en toe kom je eens een eenzame wielertoerist tegen. Je kan ook lange tenten langs de weg zien. Dit zijn kippenkwekerijen. De aasgieren vliegen hier in het rond of zitten op het afval langs de weg.

Er rijden hier veel motortaxi’s rond. Ik heb ook een brommer gezien waarop ze met 4 zaten en allen zonder helm. Plots zagen we een vrachtwagen langs de weg in panne staan, met een doorgebogen aanhangwagen. De politie was de weg aan het afzetten met stenen of keien die ze vonden langs de weg. Oranje wit gekleurde verkeerskegels kennen ze hier nog niet.
Aan het tankstation kwamen ze toe met hun verroeste pick-up truck waarmee ze een levende koe vervoerden.

Bij stilstand van de bus aan een tolhuis zag je dat men verschillende stukjes suikerriet trachtte te verkopen. Dit gebruiken de mensen om op te kauwen en dan gaan ze dit uitspuwen.

Bij het aankomen in Chiclayo, heeft de bus een omweg moeten doen, want naar aanleiding van de nationale feestdag waren verschillende scholen aan het defileren in de straten. Dit is ook een competitie tussen deze verschillende scholen. Natuurlijk is dit een probleem voor het verkeer omdat men verschillende belangrijke hoofdwegen gaat afzetten.
Hier begint elke schooldag met het zingen van de nationale hymne.

We verwelkomen onze locale gids Secundo. De vorige locale gids in Trujillo liep er voor “spek en bonen” bij.

We zijn eerst naar het museum “Museo Nacional Tumbas Reales de Sipan” gegaan in Lambayeque. Architectonisch gezien is het een prachtig en indrukwekkend museum, dat al aan de buitenkant opvalt door de warmrode kleur en de piramideachtige vorm. In dit museum mag je geen films of foto’s maken en ze doen hiervoor controle aan de ingang.
Dit museum is gebouwd naar aanleiding van de archeologische ontdekkingen in Sipan en geeft een heel duidelijk overzicht van de werkwijze van de archeologen. Je ziet hoe het graf van de heer Sipan, een Mochekoning, heel voorzichtig laag voor laag is blootgelegd. Voorwerpen uit dat graf kan je hier bezichtigen, evenals de stoffelijke resten van de heer van Sipan en van de oude heer van Sipan. Ook deze laatste was, gezien zijn rijke graf, waarschijnlijk een vorst van de Moches. Er zijn replica’s gebouwd van delen van het graf. Het hoofd van de heer was in het graf naar het zuiden gericht. Boven, onder, links en rechts van de heer lagen er ook mensen in het graf. Verder lagen er nog 2 bewakers in het graf. Deze bewakers lagen iets hoger en werden in het graf gelegd zonder voeten. De dood was voor hun een overgangsfase naar een nieuw leven en dus namen ze keramiek en juwelen meer naar hun volgende leven. Je kan veel kruiken zien in het graf. In totaal werden er zeven mensen geofferd, maar het was een eer om te mogen sterven. Ook zie je weer dat voor hun de dualiteit in het leven, zoals oa vreugde en verdriet, belangrijk is. Dit kwam tot uiting in oorringen en kettingen. Aan de linkerkant zie je zilver en aan de rechterkant zie je goud.

Na een stevige maaltijd, zijn we naar het museum “Museo Nacional Sican” gereden in het stadje Ferrenafe. Dit is één van de nieuwe archeologische musea die de laatste jaren in de omgeving van Lambayeque zijn gebouwd. Het is gewijd aan de ooit florerende Sicancultuur. De belangrijkste functie van dit museum is het verrichten van onderzoek naar de Sicancultuur.
Er worden allerlei aspecten van het Sicanvolk tentoongesteld, waarbij je onder andere details ziet van het huislijke leven en van de tomben voor edellieden. De thema’s van het museum zijn oa traditionele bouwwijzes, handelsbetrekkingen, begrafenisrituelen, vervaardigen van keramiek, vervaardigen van juwelen en de oorzaken van het “El Nino” verschijnsel. Dit fenomeen kennen ze hier ongeveer elke 15 jaar. Soms kan er zich een super “El Nino” voordoen, die ervoor zorgde dat er in Peru beschavingen verdwenen. In de grote oceaan komt er een warme waterstroom van boven en een koude waterstroom van beneden elkaar tegen ter hoogte van Peru. Hierdoor krijgt men overvloedige regen. Het voordeel is dat het mogelijk is om aan landbouw te doen in de woestijngebieden. Het nadeel zijn natuurlijk de overstromingen in de regio.

We geraken in de war met Sican en Sipan. Hevige discussies in de bus. Oei, wat gaat dat geven op ons eindexamen? Sipan is de plaats en Sican is de cultuur. Heb je het allemaal zo een beetje verstaan? Is het een beetje duidelijk?

Regelmatig zie je hier in Peru dat men de bomen onderaan in het wit heeft geschilderd en soms voegen ze boven het wit nog een beetje rood aan toe.

We komen terug in de stad Chiclayo, de 4de grootste stad van Peru. Hier heb ik een avondwandeling gemaakt en ben ik in aan de praat geraakt met 2 agenten. In de stad zie je hier op verschillende locaties politie staan. Zij zijn daar aanwezig om de toeristen een gevoel van veiligheid te geven. Deze stad zou iets minder veilig zijn. Ze bleven daar staan tot 22 uur ’s avonds. Ze waren verwonderd dat ik het niet koud had met enkel een pull aan en geen wintervest.

Er is blijkbaar ook politie die zich enkel met het verkeer gaat bezighouden. Het is moeilijk om te zien welke regels er hier zijn in het verkeer. Is er voorrang van rechts op kruispunten zonder verkeerslichten? Hebben voetgangers voorrang op zebrapaden? Eigenlijk geldt hier de wet van de sterkste in het verkeer of de wet van de snelste op een kruispunt. Gewoon risico’s nemen, claxonneren en gas geven op een kruispunt. Ook bij het oversteken van de weg pas je het best op, want de wagen is sterker dan de voetganger.
Je kan verkeersborden zien met een trompet op en een streep erdoor. Kwestie van te weten wanneer je niet meer mag claxonneren. Ook zie je hier regelmatig Volkswagen kevers op de weg.
Zich aan de aangegeven snelheid houden op de weg, daar vegen ze hun voeten aan. Alhoewel dat ze hier ook beginnen met flitscamera’s. De verkeerslichten waren vroeger kerstverlichting, maar dit is nu wel aan het veranderen. Ik zie dat de wagens wel stoppen aan een rood licht.
Soms zie je ook dat ze hun hand uit het raam steken ipv de richtingsaanwijzers gebruiken.
De politieagenten die ik gesproken had bevestigden met een lach op hun gezicht dat er een groot probleem is bij de Peruanen in het volgen van de verkeersregels.

Ik ben dan gewandeld in de richting van het centrale plein “Plaza de Armas”. Hier kon je de grote in neoklassieke stijl opgetrokken kathedraal uit 1869 zien. De architectuur van de andere gebouwen rond het plein en in de zijstraten is wat weelderiger en grootser dan in Trujillo. Ik zag hier naast de kathedraal het mooie Palacio Municipal, een gebouw met brede ramen en smeedijzeren deuren. Het gebouw vertoont Spaanse trekken. Hier zetelt het gemeentebestuur. Op het centrale plein zaten veel mensen op de trappen of banken. Hier zie je verkopers met gesuikerde appels. Ze hebben een opklapbaar statief en dragen de plateau met gesuikerde appels op hun hoofd.

Verder ben ik nog een winkel binnengegaan met consumenten elektronica. De mensen in de winkel aan de bureaus zaten vanachter hun scherm naar mij te staren en hadden blijkbaar niet veel te doen. Alhoewel zijn de Peruanen de hardste werkers zijn in Latijns Amerika.

We zijn naar het piramidecomplex van Tucume gegaan. Eerst bezoeken we het plaatselijke museum aan de ingang, dat met zijn traditionele bouwstijl de architectuur van de precolumbiaanse tijd nabootst. Het dak wordt bijvoorbeeld geschraagd door boomstammen. Je kan hier een maquette zien van het piramidecomplex; getekende en geschreven overzichten van enkele historische mythen. De reliëfs zijn hier ook te zien op de muren. Ook zie je hier een sjamaan tentoongesteld die bezig is een man aan het genezen. Met behulp van stokken werd de negatieve energie rond het lichaam van de zieke weg geklopt.

Hier kregen we te weten hoe de naam Peru is ontstaan. De Spanjaarden vroegen aan de indianen waar er goud of zilver te vinden was. De indianen wisten te zeggen dat dit mogelijk te vinden zou zijn in het gebied Biro. Later nam men de naam Piru aan en vervolgens Peru voor het volledige land. Voor de indianen was de waarde van zeeschelpen groter dan de waarde van goud en zilver.

Nadien zijn we naar de piramiden gaan kijken. In dit gebied liggen 26 piramiden van adobe. Het heeft een oppervlakte van 200 ha. Het is daarmee het grootste piramidecomplex ter wereld. Een zandpad voert je naar de verschillende piramiden. Het was niet mogelijk om de piramiden vanbinnen te bekijken. We hebben dan maar een heilige berg beklommen om een weids uitzicht te hebben over het hele gebied. Er is hier wel weinig activiteit te bespeuren. Er zit weinig continuïteit in het archeologisch onderzoek vanwege gebrek aan geld. De Peruaanse overheid mist de financiële middelen om het project te continueren. Dit is het lot van meer oudheidkundige projecten in Peru. Het geld moet voornamelijk van universiteiten in het buitenland komen. Wel zagen we zandvegers de zandpaden met een bezem aan het schoonvegen. Zandvegen in de woestijn, wat een zinloos werk!

Onderweg kwamen we een levend schaap tegen, op het dak van een wagen, die met de poten vastgebonden was. Een beetje verder stond er een ezel vastgebonden aan een paal op de middenberm van de weg. Oei, remmen voor een leguaan op de weg.
Op de verschillende huizen zie je op het dak een watertank of waterreservoir staan van het merk Eternit. Ze steunen hier blijkbaar de Belgische economie. Ook zie je soms voor de huizen een ijzeren statief staan, waarop ze hun huisvuil zetten.

Je ziet ook dat de zijstraten van de hoofdwegen, waar er mensen wonen, niet geasfalteerd zijn. Zijn er werken aan de gang op de weg, dan geven mensen met een groen of een rood bord aan of je mag doorrijden langs de werkzaamheden. Ze werken hier niet met verkeerslichten om het verkeer afwisselend te laten passeren.

Vervolgens zijn we op weg naar de “heksenmarkt” in Chiclayo. Het is een dagelijkse markt met groenten, fruit, vlees en vis, kleine dieren, bloemen, huishoudelijke artikelen en kunstnijverheid. Het is hier ook de grootste markt van natuurgenezers, wonderdokters, tovenaars en magiërs. Ze bieden hun diensten aan te samen met hun wondermiddelen, kruiden, cocabladeren, magische botten, toverformules en mengsels. Voor al uw problemen kan je hier een doosje of drankje vinden: voor reuma, voor energie tekort, voor uw liefdesproblemen met een liefdeselixir, voor uw potentie en seksproblemen,… Van een cactus plant maakt men een vloeistof waar je gaat van zweven. Ze kunnen U hier brengen naar de zevende hemel! Niet alleen “Red Bull”, maar ook de “coca” geeft je vleugels.
Een levend aapje op deze markt trok hier de aandacht weg. Op deze markt hebben we ook kunnen proeven van enkele exotische vruchten. Op deze markt kan je iets eten, je haar laten knippen of ook je schoenen laten repareren. Het vlees of het gepluimde gevogelte zoals eend of kip hingen hier aan verschillende haken. De vis was men aan het kuisen en bewerken. Hier lag er ook een groot stuk van een vis: dit was afkomstig van een haaiachtige soort. Toch was er hier een drukte rond deze markt.

Nadien hebben we dan ook het archeologische complex van Sipan gaan bezoeken. Eerst zijn we hier naar een klein museum geweest. Hier kon je een replica van een graf zien vol met keramiek en kruiken, hoe ze er vroeger bijliepen met hun sierraden, een afbeelding van de plaatsen waar de verschillende graven zich bevonden in de tempel.

Vervolgens hebben we gaan kijken naar de reeds opengelegde graven op de archeologische site. Hier was er wel bedrijvigheid op te merken van archeologen met houwelen en borstels. De onderzoekingen gaan hier nog steeds door en andere graven zijn ze bezig aan het openleggen. Alé, we gaan hier eens moeten terugkomen om het vervolg te weten.

We vliegen vanuit de luchthaven van Chiclayo terug naar Lima. We nemen afscheid van de locale gids Secundo. Voor onze bagage wordt er goed gezorgd. Neen! Een taxi moeten we niet hebben.

In Lima zie je veel Japanse wagens rijden zoals Mitsubishi, Nisan en Toyota. Dit heeft alles te maken met president Alberto Fujimori (verkozen in 1990 en 1995). Hij had namelijk Japanse roots en zijn broer deed activiteiten in de autohandel. Vroeger reden er meer Amerikaanse en Volkswagen kevers uit Mexico.

Alberto Fujimori is wel geboren in Peru en op het einde van zijn ambtstermijn heeft hij bekend dat hij ook een Japans paspoort had. Peru had eigenlijk 10 jaar lang een illegale president. Hij heeft wel goede zaken gedaan voor Peru: hij wist echter de guerrillabewegingen zware slagen toe te brengen, de inflatie en de staatsschuld werd teruggedrongen, het bruto nationaal product verhoogd, heeft de grondwet veranderd (5 jaar president ipv 3jaar). Ondanks zijn autoritaire optreden verwierf hij hiermee een aanzienlijk krediet onder de bevolking. Tijdens zijn tweede ambtstermijn werd duidelijk dat er corrupte praktijken binnen de regering plaatsvonden en dat de president hierbij betrokken was. Fujimori vluchtte naar Japan en kreeg er politiek asiel.

Je ziet in Lima vooral vrouwelijke agenten het verkeer regelen, omdat ze niet om te kopen zijn. De vrouwelijke agenten zijn soms harde tantes om boetes uit te schrijven. Men spreekt hier niet over corruptie, maar over samenwerken met de politie.
De verkeersagent staat op een platform onder een afdak, in het midden van het kruispunt, het verkeer te regelen. Op dit platform zie je reclame van “Inca cola”. Met hun vlammende salami staan ze in het donker te zwaaien. Alsof hierdoor het verkeer vlotter verloopt.

Plots zag ik een vrouw in een rolstoel in tegengestelde richting van de file rijden. Dit is om te bedelen bij de autobestuurders. Je ziet regelmatig bedelaars zitten in de straten. De meeste mensen kijken er niet meer naar om.

De thermometers geven hier verschillende waarden aan in Lima, die afwijken van de werkelijke temperatuur in Lima. In Peru hebben ze nu één van de koudste winters sinds 40 jaar. Eigenlijk heb ik hier niets van gemerkt tijdens men reis. Er waren hier zeker geen vriestemperaturen tijdens de nacht.

Bij een vernauwing van de hoofdweg, wat het geval was na een tolhuis op de weg, dan zie je weer dat het de wet van de sterkste is in het verkeer. Wees zeker geen voorzichtige chauffeur hier. Er is bijna geen lucht meer tussen de voertuigen tijdens het invoegen. Ze staan zo enorm dicht bij elkaar. Alhoewel er geen accidenten gebeuren bij het invoegen van de voertuigen.

In de straten van Lima passeren de verschillende kleine oude bussen de haltes. Iemand staat aan de deur van de bus en roept aan de haltes om mensen in de bus te hebben. Hij neemt ook het geld van de passagiers in ontvangst. De bussen zitten soms goed vol. De chauffeur van de bus moet alleen maar racen naar de volgende halte om zoveel mogelijk mensen te kunnen meenemen. Er is hier namelijk concurrentie tussen de verschillende bussen, zelfs tussen bussen van dezelfde maatschappij.

Je ziet regelmatig verouderde, verroeste vrachtwagens of andere voertuigen in het straatbeeld.
De gemiddelde leeftijd van de bussen is hier nu 37 jaar. Het gaat misschien veranderen, want vrij recent moeten de wagens en bussen in Peru nu ook naar een autokeuring. Eigenlijk stelt het nog niet veel voor. 20 meter voor de autokeuring kan je nog lichtjes kopen en substanties om geen emissie te hebben over een afstand van 20km. Het is gewoon een kwestie om door de autokeuring te geraken. Geld onder tafel schuiven is ook nog mogelijk om door de autokeuring te geraken. De omgekochte autokeurder zal het gaspedaal voorzichtig induwen om door de emissie test te geraken.

Ik kwam hier een man tegen die mij een reclamepapier gaf en mij uitnodigde naar zijn bar om iets te gaan drinken. Geen Pisco Sour, maar wel happy hour met Coca Sour.
Een beetje verder zag ik dat verschillende mensen in open lucht aan het schaken waren.

Een gedeelte van de stad ziet er wel modern uit met oa supermarkten, fast food restaurants,…
In de fitness zaal zie je ze bezig. De Peruanen zijn jojo’s: Meestal komen ze bij in de winter en in de zomer willen ze afslanken. Dus bij het begin van de zomer zit het hier vol in de fitness zalen.